Datum : 17 november 2020
Nadat Bouwbedrijf De Witte in 2001 een nieuwe dakbedekking op het pand van Timmerman Transport had aangebracht, waren na verloop van circa 9 jaar scheurtjes in de door Timmerman Transport geselecteerde dakbedekking ontstaan. Timmerman Transport eiste vervolgens van Bouwbedrijf De Witte dat zij een compleet nieuwe dakbedekking zou aanbrengen op haar loods en kantoor. Het bouwbedrijf wilde dat niet, maar was wel bereid de scheurtjes als zodanig te herstellen.
In een spoedprocedure werd aan de Raad van Arbitrage voorgelegd of de garantie meebracht dat het hele dak vervangen moest worden of dat plaatselijk herstel, zoals De Witte voorstond, voldoende was om aan de garantieplicht te voldoen. De arbiter stelde De Witte in het gelijk. Lees hier de uitspraak.
In het hoge beroep dat vervolgens door Timmerman werd aangespannen, werd De Witte wederom in het gelijk gesteld, maar uit praktisch oogpunt is de zaak geschikt tegen de herstelkosten van het dichten van de scheurtjes. Lees hier het schikkingsvonnis.